Blob Blame History Raw

        *****************************************************
        *           GENERATED FILE, DO NOT EDIT             * 
        * THIS IS NO SOURCE FILE, BUT RESULT OF COMPILATION *
        *****************************************************

This file was generated by po4a(7). Do not store it (in VCS, for example),
but store the PO file used as source file by po4a-translate. 

In fact, consider this as a binary, and the PO file as a regular .c file:
If the PO get lost, keeping this translation up-to-date will be harder.


=pod

=encoding UTF-8

=head1 NAAM

dos2unix - omzetter van tekstbestandsindelingen, van DOS/Mac naar Unix en
vice versa

=head1 OVERZICHT

    dos2unix [opties] [BESTAND ...] [-n INVOERBESTAND UITVOERBESTAND ...]
    unix2dos [opties] [BESTAND ...] [-n INVOERBESTAND UITVOERBESTAND ...]

=head1 BESCHRIJVING

Het Dos2unix pakket bevat de toepassingen C<dos2unix> en C<unix2dos> om
platte tekstbestanden in DOS- of Mac-indeling naar Unix-indeling om te
zetten, en vice versa.

In DOS/Windows-tekstbestanden bestaat een regeleinde uit een combinatie van
twee tekens: een 'Carriage Return' (CR) gevolgd door een 'Line Feed' (LF).
In Unix-tekstbestanden bestaat een regeleinde uit één enkel 'Newline'-teken,
dat gelijk is aan een DOS 'Line Feed'-teken (LF).   In Mac-tekstbestanden,
van vóór Mac OS X, bestaan regeleindes uit één enkel 'Carriage
Return'-teken.  Mac OS X is op Unix gebaseerd en heeft dezelfde regeleindes
als Unix.

Naast regeleindes kan Dos2unix ook de codering van bestanden converteren.
Enkele DOS-codetabellen kunnen omgezet worden naar Unix Latin-1.  En Windows
Unicode-bestanden (UTF-16) kunnen geconverteerd worden naar Unix
Unicode-bestanden (UTF-8).

Binaire bestanden worden automatisch overgeslagen, behalve als de omzetting
geforceerd wordt.

Niet-reguliere bestanden, zoals mappen en FIFO's, worden automatisch
overgeslagen.

Symbolische koppelingen en hun doelen blijven standaard onaangeroerd.
Optioneel kunnen symbolische koppelingen worden vervangen, of de uitvoer kan
naar het doel van de symbolische koppeling worden geschreven.  Op Windows
wordt het schrijven naar het doel van een symbolische koppeling niet
ondersteund.

Dos2unix is gemodelleerd naar dos2unix op SunOS/Solaris, maar er is een
belangrijk verschil: deze versie van dos2unix voert standaard een
vervangende conversie uit (oud-bestand-modus) terwijl de oorspronkelijke
SunOS/Solaris-versie alleen de gepaarde conversie (nieuw-bestand-modus)
kent.  Zie ook de opties C<-o> en C<-n>.  Een ander verschil is dat de
SunOS/Solaris-versie standaard een conversie in I<iso>-modus doet terwijl
deze versie standaard I<ascii>-modus gebruikt.

=head1 OPTIES

=over 4

=item B<-->

Alle volgende opties als bestandsnamen behandelen.  Gebruik deze optie als u
een bestand wilt converteren waarvan de naam met een streepje begint.
Bijvoorbeeld, om een bestand genaamd "-foo" om te zetten, gebruikt u de
volgende opdracht:

    dos2unix -- -foo

Of in nieuw-bestand-modus:

    dos2unix -n -- -foo uit.txt

=item B<--allow-chown>

Allow file ownership change in old file mode.

When this option is used, the conversion will not be aborted when the user
and/or group ownership of the original file can't be preserved in old file
mode. Conversion will continue and the converted file will get the same new
ownership as if it was converted in new file mode. See also options C<-o>
and C<-n>. This option is only available if dos2unix has support for
preserving the user and group ownership of files.

=item B<-ascii>

Alleen regeleindes converteren.  Dit is de standaardconversiemodus.

=item B<-iso>

Conversie tussen de tekensets DOS en ISO-8859-1.  Zie ook de sectie
B<CONVERSIEMODI>.

=item B<-1252>

Windows-codetabel 1252 (West-Europees) gebruiken.

=item B<-437>

DOS-codetabel 437 (VS) gebruiken.  Dit is de standaard codetabel die
gebruikt wordt bij ISO-conversie.

=item B<-850>

DOS-codetabel 850 (West-Europees) gebruiken.

=item B<-860>

DOS-codetabel 860 (Portugees) gebruiken.

=item B<-863>

DOS-codetabel 863 (Canadees Frans) gebruiken.

=item B<-865>

DOS-codetabel 865 (Scandinavisch) gebruiken.

=item B<-7>

Lettertekens met het achtste bit gezet converteren naar spaties.

=item B<-b>, B<--keep-bom>

Een Byte-Order-Mark (BOM) behouden.  Als het invoerbestand een BOM bevat,
dan wordt ook een BOM naar het uitvoerbestand geschreven.  Dit is het
standaardgedrag bij conversie naar DOS.  Zie ook optie C<-r>.

=item B<-c>, B<--convmode CONVERSIEMODUS>

De te gebruiken conversiemodus.  CONVERSIEMODUS kan zijn: I<ascii>, I<7bit>,
I<iso>, of I<mac>, waarbij ascii de standaardinstelling is.

=item B<-D>, B<--display-enc CODERING>

De te gebruiken tekencodering voor weergegeven tekst.  CODERING kan zijn:
I<ansi>, I<unicode>, I<unicodebom>, I<utf8>, of I<utf8bom>, waarbij ansi de
standaardinstelling is.

Deze optie is alleen beschikbaar in dos2unix voor Windows met
Unicode-bestandsnaam-ondersteuning.  Deze optie heeft geen effect op de
gelezen en geschreven bestandsnamen, maar alleen op hoe deze weergegeven
worden.

There are several methods for displaying text in a Windows console based on
the encoding of the text. They all have their own advantages and
disadvantages.



=over 4

=item B<ansi>

Dos2unix's default method is to use ANSI encoded text. The advantage is that
it is backwards compatible. It works with raster and TrueType fonts. In some
regions you may need to change the active DOS OEM code page to the Windows
system ANSI code page using the C<chcp> command, because dos2unix uses the
Windows system code page.

The disadvantage of ansi is that international file names with characters
not inside the system default code page are not displayed properly. You will
see a question mark, or a wrong symbol instead. When you don't work with
foreign file names this method is OK.

=item B<unicode>, B<unicodebom>

The advantage of unicode (the Windows name for UTF-16) encoding is that text
is usually properly displayed. There is no need to change the active code
page.  You may need to set the console's font to a TrueType font to have
international characters displayed properly. When a character is not
included in the TrueType font you usually see a small square, sometimes with
a question mark in it.

When you use the ConEmu console all text is displayed properly, because
ConEmu automatically selects a good font.

The disadvantage of unicode is that it is not compatible with ASCII. The
output is not easy to handle when you redirect it to another program.

When method C<unicodebom> is used the Unicode text will be preceded with a
BOM (Byte Order Mark). A BOM is required for correct redirection or piping
in PowerShell.



=item B<utf8>, B<utf8bom>

The advantage of utf8 is that it is compatible with ASCII. You need to set
the console's font to a TrueType font. With a TrueType font the text is
displayed similar as with the C<unicode> encoding.

The disadvantage is that when you use the default raster font all non-ASCII
characters are displayed wrong. Not only unicode file names, but also
translated messages become unreadable. On Windows configured for an
East-Asian region you may see a lot of flickering of the console when the
messages are displayed.

In a ConEmu console the utf8 encoding method works well.

When method C<utf8bom> is used the UTF-8 text will be preceded with a BOM
(Byte Order Mark). A BOM is required for correct redirection or piping in
PowerShell.



=back

The default encoding can be changed with environment variable
DOS2UNIX_DISPLAY_ENC by setting it to C<unicode>, C<unicodebom>, C<utf8>, or
C<utf8bom>.

=item B<-f>, B<--force>

Conversie van binaire bestanden afdwingen.

=item B<-gb>, B<--gb18030>

Op Windows worden UTF-16-bestanden standaard naar UTF-8 geconverteerd,
ongeacht de ingestelde taalregio.  Gebruik deze optie om UTF-16-bestanden
naar GB18030 te converteren.  Deze optie is alleen beschikbaar op Windows.
Zie ook de sectie B<GB18030>.

=item B<-h>, B<--help>

Een hulptekst tonen.

=item B<-i>[B<VLAGGEN>], B<--info>[B<=VLAGGEN>] B<BESTAND>...

Bestandsinformatie tonen.  Er wordt niets geconverteerd.

De volgende informatie wordt weergegeven, in deze volgorde: het aantal
DOS-regeleindes, het aantal Unix-regeleindes, het aantal Mac-regeleindes, de
Byte-Order-Mark, of het een tekst- of binair bestand is, en de bestandsnaam.

Voorbeelduitvoer:

     6       0       0  no_bom    text    dos.txt
     0       6       0  no_bom    text    unix.txt
     0       0       6  no_bom    text    mac.txt
     6       6       6  no_bom    text    mixed.txt
    50       0       0  UTF-16LE  text    utf16le.txt
     0      50       0  no_bom    text    utf8unix.txt
    50       0       0  UTF-8     text    utf8dos.txt
     2     418     219  no_bom    binary  dos2unix.exe

Merk op dat een binair bestand soms voor een tekstbestand aangezien kan
worden.  Zie ook optie C<-s>.

Bij de optie kunnen één of meer vlaggen meegegeven worden om de uitvoer te
beperken.

=over 4

=item B<0>

Print the file information lines followed by a null character instead of a
newline character. This enables correct interpretation of file names with
spaces or quotes when flag c is used. Use this flag in combination with
xargs(1) option C<-0> or C<--null>.

=item B<d>

Het aantal DOS-regeleindes tonen.

=item B<u>

Het aantal Unix-regeleindes tonen.

=item B<m>

Het aantal Mac-regeleindes tonen.

=item B<b>

De Byte-Order-Mark tonen.

=item B<t>

Tonen of het bestand tekst is of binair.

=item B<c>

Alleen de namen tonen van de bestanden die geconverteerd zouden worden.

Met de vlag C<c> toont dos2unix alleen de bestanden die DOS-regeleindes
bevatten, en unix2dos alleen de bestanden die Unix-regeleindes bevatten.

=item B<h>

Een kopregel printen.

=item B<p>

Bestandsnamen tonen zonder pad.

=back

Voorbeelden:

Informatie weergeven voor alle bestanden met de extensie 'txt':

    dos2unix -i *.txt

Alleen de aantallen DOS-regeleindes en Unix-regeleindes tonen:

    dos2unix -idu *.txt

Alleen de Byte-Order-Mark tonen:

    dos2unix --info=b *.txt

De bestanden opsommen die DOS-regeleindes bevatten:

    dos2unix -ic *.txt

De bestanden opsommen die Unix-regeleindes bevatten:

    unix2dos -ic *.txt

Alleen bestanden die DOS-regeleindes bevatten converteren en andere
bestanden ongemoeid laten:

    dos2unix -ic0 *.txt | xargs -0 dos2unix

De bestanden vinden die DOS-regeleindes bevatten:

    find -name '*.txt' -print0 | xargs -0 dos2unix -ic

=item B<-k>, B<--keepdate>

Het tijdsstempel van het invoerbestand behouden voor het uitvoerbestand.

=item B<-L>, B<--license>

De softwarelicentie tonen.

=item B<-l>, B<--newline>

Een extra regeleinde toevoegen.

B<dos2unix>: Alleen DOS-regeleindes worden omgezet naar twee
Unix-regeleindes.  In Mac-modus worden alleen Mac-regeleindes omgezet naar
twee Unix-regeleindes.

B<unix2dos>: Alleen Unix-regeleindes worden omgezet naar twee
DOS-regeleindes.  In Mac-modus worden Unix-regeleindes omgezet naar twee
Mac-regeleindes.

=item B<-m>, B<--add-bom>

Een Byte-Order-Mark (BOM) naar het uitvoerbestand schrijven.  Standaard
wordt een UTF-8-BOM geschreven.

Als het invoerbestand in UTF-16 is, en de optie C<-u> is gegeven, dan wordt
een UTF-16-BOM geschreven.

Gebruik deze optie nooit als de codering van het uitvoerbestand niet UTF-8,
UTF-16, of GB18030 is.  Zie ook de sectie B<UNICODE>.



=item B<-n>, B<--newfile INVOERBESTAND UITVOERBESTAND> ...

Nieuw-bestand-modus.  Het bestand INVOERBESTAND converteren en naar bestand
UITVOERBESTAND schrijven. Bestandsnamen moeten opgegeven worden in paren.
Jokertekens moeten I<niet>gebruikt worden, anders I<verlies> je de
bestanden.

De gebruiker die de conversie start in nieuw-bestand (gepaarde) modus wordt
de eigenaar van het geconverteerde bestand.  De lees/schrijf-toegangsrechten
van het nieuwe bestand worden de toegangsrechten van het originele bestand
minus de umask(1) van de gebruiker die de conversie draait.

=item B<--no-allow-chown>

Don't allow file ownership change in old file mode (default).

Abort conversion when the user and/or group ownership of the original file
can't be preserved in old file mode. See also options C<-o> and C<-n>. This
option is only available if dos2unix has support for preserving the user and
group ownership of files.

=item B<-o>, B<--oldfile BESTAND> ...

Oud-bestand-modus.  Het bestand BESTAND converteren en overschrijven.  Dit
is de standaard modus.  Jokertekens kunnen gebruikt worden.

In oud-bestand (vervangende) modus krijgt het geconverteerde bestand
dezelfde eigenaar, groep en lees/schrijf-rechten als het originele bestand.
Ook wanneer het bestand wordt omgezet door een andere gebruiker die
schrijfrechten heeft op het bestand (b.v. gebruiker root).  De omzetting
wordt afgebroken wanneer het niet mogelijk is de originele waardes te
behouden.  Verandering van eigenaar kan betekenen dat de originele eigenaar
het bestand niet meer kan lezen.  Verandering van groep zou een
veiligheidsrisico kunnen zijn, het bestand zou leesbaar kunnen worden voor
personen voor wie het niet bestemd is.  Behoud van eigenaar, groep en
lees/schrijf-rechten wordt alleen ondersteund op Unix.

To check if dos2unix has support for preserving the user and group ownership
of files type C<dos2unix -V>.

Conversion is always done via a temporary file. When an error occurs halfway
the conversion, the temporary file is deleted and the original file stays
intact. When the conversion is successful, the original file is replaced
with the temporary file. You may have write permission on the original file,
but no permission to put the same user and/or group ownership properties on
the temporary file as the original file has. This means you are not able to
preserve the user and/or group ownership of the original file. In this case
you can use option C<--allow-chown> to continue with the conversion:

    dos2unix --allow-chown foo.txt

Another option is to use new file mode:

    dos2unix -n foo.txt foo.txt

The advantage of the C<--allow-chown> option is that you can use wildcards,
and the ownership properties will be preserved when possible.

=item B<-q>, B<--quiet>

Stille werking.  Alle waarschuwingen onderdrukken.  De afsluitwaarde is nul,
behalve wanneer verkeerde opties worden gegeven.

=item B<-r>, B<--remove-bom>

Een Byte-Order-Mark (BOM) verwijderen.  Er wordt geen BOM naar het
uitvoerbestand geschreven.  Dit is het standaardgedrag bij conversie naar
Unix.  Zie ook optie C<-b>.

=item B<-s>, B<--safe>

Binaire bestanden overslaan (standaard).

Binaire bestanden worden overgeslagen om vergissingen te voorkomen.  Het
detecteren van binaire bestanden is echter niet 100% betrouwbaar.
Invoerbestanden worden gescand op binaire tekens die gewoonlijk niet in
tekstbestanden voorkomen.  Maar het is mogelijk dat een binair bestand enkel
normale teksttekens bevat.  Zo'n binair bestand zal dan foutief als een
tekstbestand gezien worden.

=item B<-u>, B<--keep-utf16>

De originele UTF-16-codering van het invoerbestand behouden.  Het
uitvoerbestand wordt in dezelfde UTF-16-codering (little endian of big
endian) geschreven als het invoerbestand.  Dit voorkomt conversie naar
UTF-8.  Er wordt ook een corresponderende UTF-16-BOM geschreven.  Deze optie
kan uitgeschakeld worden met de optie C<-ascii>.

=item B<-ul>, B<--assume-utf16le>

Veronderstellen dat de indeling van het invoerbestand UTF-16LE is.

Wanneer het invoerbestand een Byte-Order-Mark (BOM) bevat, dan gaat deze BOM
vóór deze optie.

Wanneer een verkeerde aanname is gemaakt (het invoerbestand was geen
UTF-16LE) en de conversie verliep met succes, dan krijgt u een UTF-8-bestand
met verkeerde tekst.  De verkeerde conversie kan ongedaan worden gemaakt
door met iconv(1) het UTF-8-uitvoerbestand terug om te zetten naar
UTF-16LE.  Dit zal het originele bestand terug brengen.

De aanname van UTF-16LE werkt als een I<conversiemodus>.  Door de
standaardmodus I<ascii> in te schakelen wordt de UTF-16LE-veronderstelling
uitgeschakeld.

=item B<-ub>, B<--assume-utf16be>

Veronderstellen dat de indeling van het invoerbestand UTF-16BE is.

Deze optie werkt hetzelfde als optie C<-ul>.

=item B<-v>, B<--verbose>

Extra meldingen weergeven.  Er wordt extra informatie getoond over
Byte-Order-Marks en het aantal geconverteerde regeleindes.

=item B<-F>, B<--follow-symlink>

Symbolische koppelingen volgen en de doelen converteren.

=item B<-R>, B<--replace-symlink>

Symbolische koppelingen vervangen door geconverteerde bestanden (de
originele doelbestanden blijven ongewijzigd).

=item B<-S>, B<--skip-symlink>

Symbolische koppelingen en doelen ongewijzigd laten (standaard).

=item B<-V>, B<--version>

Versie-informatie tonen.

=back

=head1 MAC-MODUS

In normale modus worden DOS-regeleindes naar Unix omgezet en vice versa.
Mac-regeleindes worden niet omgezet.

In Mac-modus worden Mac-regeleindes naar Unix omgezet en vice versa.
DOS-regeleindes blijven ongewijzigd.

Om in Mac-modus te draaien kunt u de opdrachtregeloptie C<-c mac> gebruiken,
of de opdrachten C<mac2unix> of C<unix2mac>.

=head1 CONVERSIEMODI

=over 4

=item B<ascii>

In modus C<ascii> worden alleen regeleindes omgezet.  Dit is de
standaardmodus.

Hoewel de naam van deze modus ASCII is, wat een 7-bits standaard is, is de
werkelijke modus 8-bits.  Gebruik altijd deze modus wanneer u Unicode
UTF-8-bestanden omzet.

=item B<7bit>

Alle 8-bits niet-ASCII lettertekens (met waardes van 128 t/m 255) worden
omgezet naar een 7-bits spatie.

=item B<iso>

Tekens worden omgezet tussen een DOS-tekenset (codetabel) en de ISO-tekenset
ISO-8859-1 (Latin-1) op Unix.  DOS-tekens zonder een ISO-8859-1-equivalent,
waarvoor dus geen omzetting mogelijk is, worden omgezet in een punt.
Hetzelfde geldt voor ISO-8859-1-tekens zonder DOS-tegenhanger.

Wanneer alleen optie C<-iso> gebruikt wordt, zal dos2unix proberen de
actieve codetabel te gebruiken.  Als dat niet mogelijk is wordt codetabel
CP437 gebruikt, die vooral in de VS gebruikt wordt.  Om een bepaalde
codetabel te forceren, kunt u de opties C<-850> (West-Europees), C<-860>
(Portugees), C<-863> (Canadees Frans) of C<-865> (Scandinavisch) gebruiken.
Windows-codetabel CP1252 (West-Europees) wordt ook ondersteund met optie
C<-1252>.  Gebruik voor andere codetabellen dos2unix in combinatie met
iconv(1).  Iconv kan omzetten tussen een lange lijst tekensetcoderingen.

Gebruik ISO-conversie nooit op Unicode-tekstbestanden.  Het zal
UTF-8-gecodeerde bestanden beschadigen.

Enkele voorbeelden:

Omzetten van de standaard DOS-codetabel naar Unix Latin-1:

    dos2unix -iso -n in.txt uit.txt

Omzetten van DOS CP850 naar Unix Latin-1:

    dos2unix -850 -n in.txt uit.txt

Omzetten van Windows CP1252 naar Unix Latin-1:

    dos2unix -1252 -n in.txt uit.txt

Omzetten van Windows CP1252 naar Unix UTF-8 (Unicode):

    iconv -f CP1252 -t UTF-8 in.txt | dos2unix > uit.txt

Omzetten van Unix Latin-1 naar de standaard DOS-codetabel:

    unix2dos -iso -n in.txt uit.txt

Omzetten van Unix Latin-1 naar DOS CP850:

    unix2dos -850 -n in.txt uit.txt

Omzetten van Unix Latin-1 naar Windows CP1252:

    unix2dos -1252 -n in.txt uit.txt

Omzetten van Unix UTF-8 (Unicode) naar Windows CP1252:

    unix2dos < in.txt | iconv -f UTF-8 -t CP1252 > uit.txt

Zie ook L<http://czyborra.com/charsets/codepages.html> en
L<http://czyborra.com/charsets/iso8859.html>.

=back

=head1 UNICODE

=head2 Coderingen

Er bestaan verschillende Unicode-coderingen.  Op Unix en Linux zijn
Unicode-bestanden typisch gecodeerd in UTF-8.  Op Windows kunnen
Unicode-tekstbestanden gecodeerd zijn in UTF-8, UTF-16 of UTF-16 big endian,
maar ze zijn meestal gecodeerd in UTF-16.

=head2 Conversie

Unicode-tekstbestanden kunnen DOS-, Unix- of Mac-regeleindes hebben, net als
reguliere tekstbestanden.

Alle versies van dos2unix en unix2dos kunnen UTF-8-gecodeerde bestanden
omzetten, want UTF-8 is ontworpen op compatibiliteit met ASCII.

Dos2unix en unix2dos met Unicode UTF-16-ondersteuning kunnen little en big
endian UTF-16-gecodeerde tekstbestanden lezen.  Om er achter te komen of
dos2unix gebouwd is met UTF-16- ondersteuning, typt u C<dos2unix -V>.

Op Unix/Linux worden UTF-16-bestanden geconverteerd naar de codering van de
ingestelde taalregio.  Gebruik de opdracht B<locale>(1) om te zien wat de
ingestelde codering is.  Wanneer conversie niet mogelijk is, treedt er een
fout op en wordt het bestand overgeslagen.

Op Windows worden UTF-16-bestanden standaard naar UTF-8 geconverteerd.
UTF-8-tekstbestanden worden alom goed ondersteund, zowel op Windows als
Unix/Linux.

De UTF-16- en UTF-8-coderingen zijn volledig compatibel, er gaat bij het
converteren niets verloren.  Als er tijdens de conversie van UTF-16 naar
UTF-8 een fout optreedt, bijvoorbeeld omdat het UTF-16-invoerbestand een
fout bevat, dan wordt het bestand overgeslagen.

Wanneer C<-u> gebruikt wordt, wordt het uitvoerbestand in dezelfde
UTF-16-codering geschreven als het invoerbestand. Optie C<-u> voorkomt
conversie naar UTF-8.

Dos2unix en unix2dos hebben geen optie om van UTF-8 naar UTF-16 te
converteren.

ISO- en 7-bits-conversie werken niet op UTF-16-bestanden.

=head2 Byte-Order-Mark

Op Windows bevatten Unicode-tekstbestanden gewoonlijk een Byte-Order-Mark
(BOM), omdat veel Windows-programma's (inclusief Kladblok) standaard een BOM
toevoegen.  Zie ook L<http://en.wikipedia.org/wiki/Byte_order_mark>.

Op Unix hebben Unicode-tekstbestanden meestal geen BOM.  Er wordt aangenomen
dat de codering van tekstbestanden gelijk is aan de tekencodering van de
ingestelde taalregio.

Dos2unix kan alleen detecteren of een bestand in UTF-16-codering is als het
bestand een BOM bevat.  Wanneer een UTF-16-bestand geen BOM heeft, ziet
dos2unix het bestand als een binair bestand.

Gebruik optie C<-ul> of C<-ub> om een UTF-16-bestand zonder BOM om te
zetten.

Dos2unix schrijft standaard geen BOM in het uitvoerbestand.  Met optie C<-b>
schrijft dos2unix een BOM wanneer het invoerbestand een BOM bevat.

Unix2dos schrijft standaard een BOM in het uitvoerbestand wanneer het
invoerbestand een BOM bevat.  Gebruik optie C<-r> om de BOM te verwijderen.

Dos2unix en unix2dos schrijven altijd een BOM wanneer optie C<-m> gebruikt
wordt.

=head2 Unicode-bestandsnamen op Windows

Dos2unix heeft optionele ondersteuning voor het lezen en schrijven van
Unicode-bestandsnamen in de Windows Opdrachtprompt.  Dit betekent dat
dos2unix bestanden kan openen waarvan de naam tekens bevat die niet
voorkomen in de standaard ANSI-codetabel.  Om te zien of dos2unix voor
Windows gecompileerd werd met ondersteuning voor Unicode-bestandsnamen, typt
u C<dos2unix -V>.

Er zijn enige problemen met het weergeven van Unicode-bestandsnamen in een
Windows-console; zie bij optie C<-D>, C<--display-enc>.  De bestandsnamen
kunnen verkeerd weergegeven worden, maar de bestanden zullen geschreven
worden met de correcte naam.

=head2 Unicode-voorbeelden

Omzetten van Windows UTF-16 (met BOM) naar Unix UTF-8:

    dos2unix -n in.txt uit.txt

Omzetten van Windows UTF-16LE (zonder BOM) naar Unix UTF-8:

    dos2unix -ul -n in.txt uit.txt

Omzetten van Unix UTF-8 naar Windows UTF-8 met BOM:

    unix2dos -m -n in.txt uit.txt

Omzetten van Unix UTF-8 naar Windows UTF-16:

    unix2dos < in.txt | iconv -f UTF-8 -t UTF-16 > uit.txt

=head1 GB18030

GB18030 is een standaard van de Chinese overheid.  Een subset van de
GB18030-standaard is officieel verplicht voor alle softwareproducten die in
China verkocht worden.  Zie ook L<http://en.wikipedia.org/wiki/GB_18030>.

GB18030 is volledig compatibel met Unicode, en kan als een
Unicodetransformatie beschouwd worden.  Net als UTF-8 is GB18030 compatibel
met ASCII.  GB18030 is ook compatibel met Windows-codetabel 936 (ook wel GBK
genoemd).

Op Unix/Linux worden UTF-16-bestanden naar GB18030 geconverteerd wanneer de
taalregio-codering GB18030 is.  Merk op dat dit alleen werkt als deze
taalregio-instelling door het systeem ondersteund wordt.  Gebruik het
commando C<locale -a> voor een overzicht van de beschikbare taalregio's.

Op Windows dient u de optie C<-gb> te gebruiken om UTF-16-bestanden naar
GB18030 te converteren.

GB18030-bestanden kunnen een Byte-Order-Mark bevatten, net als
Unicode-bestanden.

=head1 VOORBEELDEN

Invoer lezen van standaardinvoer en uitvoer schrijven naar standaarduitvoer:

    dos2unix < a.txt
    cat a.txt | dos2unix

Omzetten en vervangen van a.txt; omzetten en vervangen van b.txt:

    dos2unix a.txt b.txt
    dos2unix -o a.txt b.txt

Omzetten en vervangen van a.txt in ascii-conversiemodus:

    dos2unix a.txt

Omzetten en vervangen van a.txt in ascii-conversiemodus; omzetten en
vervangen van b.txt in 7-bits conversiemodus:

    dos2unix a.txt -c 7bit b.txt
    dos2unix -c ascii a.txt -c 7bit b.txt
    dos2unix -ascii a.txt -7 b.txt

Omzetten van a.txt van Mac- naar Unix-indeling:

    dos2unix -c mac a.txt
    mac2unix a.txt

Omzetten van a.txt van Unix- naar Mac-indeling:

    unix2dos -c mac a.txt
    unix2mac a.txt

Omzetten en vervangen van a.txt met behoud van origineel tijdsstempel:

    dos2unix -k a.txt
    dos2unix -k -o a.txt

Omzetten van a.txt en resultaat naar e.txt schrijven:

    dos2unix -n a.txt e.txt

Omzetten van a.txt en naar e.txt schrijven, met tijdsstempel van e.txt
gelijk aan die van a.txt:

    dos2unix -k -n a.txt e.txt

Omzetten en vervangen van a.txt; omzetten van b.txt en naar e.txt schrijven:

    dos2unix a.txt -n b.txt e.txt
    dos2unix -o a.txt -n b.txt e.txt

Omzetten van c.txt en naar e.txt schrijven; omzetten en vervangen van a.txt;
omzetten en vervangen van b.txt; omzetten van d.txt en naar f.txt schrijven.

    dos2unix -n c.txt e.txt -o a.txt b.txt -n d.txt f.txt

=head1 RECURSIEVE CONVERSIE

In a Unix shell the find(1) and xargs(1) commands can be used to run
dos2unix recursively over all text files in a directory tree. For instance
to convert all .txt files in the directory tree under the current directory
type:

    find . -name '*.txt' -print0 |xargs -0 dos2unix

The find(1) option C<-print0> and corresponding xargs(1) option C<-0> are
needed when there are files with spaces or quotes in the name. Otherwise
these options can be omitted. Another option is to use find(1) with the
C<-exec> option:

    find . -name '*.txt' -exec dos2unix {} \;

In een Windows Opdrachtprompt kan de volgende opdracht gebruikt worden:

    for /R %G in (*.txt) do dos2unix "%G"

PowerShell users can use the following command in Windows PowerShell:

    get-childitem -path . -filter '*.txt' -recurse | foreach-object {dos2unix $_.Fullname}



=head1 LOKALISATIE

=over 4

=item B<LANG>

De primaire taal wordt geselecteerd via de omgevingsvariabele LANG.  De
variabele LANG bestaat uit verschillende onderdelen.  Het eerste deel is in
kleine letters de taalcode.  Het tweede deel is optioneel en is de landcode
in hoofdletters, voorafgegaan door een liggend streepje.  Er is ook een
optioneel derde deel: de tekencodering, voorafgegaan door een punt.  Enkele
voorbeelden voor een POSIX-shell:

    export LANG=nl               Nederlands
    export LANG=nl_NL            Nederlands, Nederland
    export LANG=nl_BE            Nederlands, België
    export LANG=es_ES            Spaans, Spanje
    export LANG=es_MX            Spaans, Mexico
    export LANG=en_US.iso88591   Engels, VS, Latin-1-codering
    export LANG=en_GB.UTF-8      Engels, GB, UTF-8-codering

Voor een complete lijst van taal- en landcodes zie de gettext-handleiding:
L<http://www.gnu.org/software/gettext/manual/html_node/Usual-Language-Codes.html>

Op Unix-systemen kunt u de opdracht B<locale>(1) gebruiken om specifieke
taalregio-informatie te verkrijgen.

=item B<LANGUAGE>

Met de omgevingsvariabele LANGUAGE kunt u een prioriteitenlijst specificeren
van talen, gescheiden door dubbele punten.  Dos2unix geeft voorrang aan
LANGUAGE boven LANG.  Bijvoorbeeld, eerst Nederlands en dan Duits:
C<LANGUAGE=nl:de>.  U moet eerst lokalisatie in werking stellen, door het
instellen van LANG (of LC_ALL) op een waarde ongelijk aan "C", voordat u een
talen-prioriteitenlijst kunt gebruiken via de variabele LANGUAGE.  Zie ook
de gettext-handleiding:
L<http://www.gnu.org/software/gettext/manual/html_node/The-LANGUAGE-variable.html>

Als u een taal kiest die niet beschikbaar is, worden de standaard Engelse
berichten gebruikt.



=item B<DOS2UNIX_LOCALEDIR>

Met de omgevingsvariabele DOS2UNIX_LOCALEDIR kan de LOCALEDIR die ingesteld
werd tijdens compilatie worden overstemd.  LOCALEDIR wordt gebruikt om de
taalbestanden te vinden.  De GNU standaardwaarde is
C</usr/local/share/locale>.  De optie B<--version> laat de gebruikte
LOCALEDIR zien.

Voorbeeld (POSIX-shell):

    export DOS2UNIX_LOCALEDIR=$HOME/share/locale

=back



=head1 AFSLUITWAARDE

Bij succes wordt nul teruggegeven.  Wanneer een systeemfout optreedt wordt
het laatste systeemfoutnummer teruggegeven.  Bij andere fouten wordt 1
teruggegeven.

De afsluitwaarde is altijd nul in de stillewerkingsmodus, behalve wanneer
verkeerde opties worden gegeven.

=head1 STANDAARDEN

L<http://nl.wikipedia.org/wiki/Tekstbestand>

L<http://nl.wikipedia.org/wiki/Carriage_Return>

L<http://nl.wikipedia.org/wiki/Linefeed>

<http://nl.wikipedia.org/wiki/Unicode>

=head1 AUTEURS

Benjamin Lin - <blin@socs.uts.edu.au>, Bernd Johannes Wuebben
(mac2unix-modus) - <wuebben@kde.org>, Christian Wurll (toevoegen van extra
regeleindes) - <wurll@ira.uka.de>, Erwin Waterlander - <waterlan@xs4all.nl>
(beheerder)

Projectpagina: L<http://waterlan.home.xs4all.nl/dos2unix.html>

SourceForge-pagina: L<http://sourceforge.net/projects/dos2unix/>

=head1 ZIE OOK

file(1)  find(1)  iconv(1)  locale(1)  xargs(1)